Berichten

stadslab.5

Excursie Luchtkwaliteit & Mobiliteit tijdens stadmakerscongres

Vrijdag 11 november organiseert AIR weer het Stadmakerscongres. De Rotterdamse Schouwburg wordt weer de bruisende werkplaats voor het stadmaken. Zo’n duizend stadmakers uit heel Nederland komen naar Rotterdam om te praten over de stad van de toekomst. Vele sprekers, talkshows en workshops maar ’s ochtends ook een flink aantal excursies door de stad. Het congres is intussen VOL gereserveerd.

Excursie lucht&mobiliteit
In samenwerking met Stadslab Luchtkwaliteit, Adem in Rotterdam en bewonersgroepen uit Rotterdam organiseert het Rotterdams Milieucentrum een excursie en debat over luchtkwaliteit en mobiliteit in de stad van de toekomst. In de excursie brengen we o.a. een bezoek aan de ’s Gravendijkwal waar plannen zijn om met waternevel en toepassing van groen de luchtkwaliteit te verbeteren. We bezoeken ook de Witte de Withstraat, een straat die volgens sommigen zich leent als nieuwe autovrijezone en we krijgen uitleg over de herinrichting van de Coolsingel. De DCMR milieudienst en Treewifi vertellen meer over het meten van de luchtkwaliteit. stadslablucht

Onder leiding van: Emile van Rinsum ( Rotterdams Milieucentrum) & Robbert de Vrieze (Stadslab Luchtkwaliteit)
Tijd: 10.15 – 12.30 uur
Locatie: Vertrek vanuit de Schouwburg, vervoer per fiets
(U kunt ook deelnemen als u niet staat ingeschreven voor het congres met eigen fiets, deelname gratis)

erasmus

Toch vergunning voor VOPAK

Het tankopslagbedrijf VOPAK in de Europoort krijgt toch een nieuwe vergunning voor de opslag van het licht ontvlambare Nafta. De Provincie Zuid-Holland heeft deze week de vergunning verleend ondanks bezwaren van het Rotterdams Milieucentrum, de Natuur En Milieufederatie Zuid-Holland en Milieudefensie (zie het artikel “Milieuorganisaties willen onderzoek tankopslag“.

De drie organisaties vroegen om nader onderzoek. De afgelopen jaren werden de gevaarlijke stoffen al illegaal opgeslagen in de VOPAK-tanks. Het een en ander leidde tot een aantal incidenten. Eind 2014 bijvoorbeeld ontsnapte zo’n 150 ton nafta uit een van de tanks. Nafta die volgens de vergunning helemaal niet in die tanks had mogen worden opgeslagen. VOPAK werd hier overigens wel voor beboet en de milieuofficier van Justitie liet zelfs het werk stilleggen. Nader onderzoek is volgens de Provincie en de DCMR milieudienst niet nodig. De lekkages zouden het gevolg zijn van een menselijke fout, aldus de provincie. VOPAK heeft beterschap beloofd en krijgt dus alsnog een vergunning zonder nader onderzoek … De milieuorganisaties hebben nog tot medio april de tijd in beroep te gaan tegen de afgifte van de vergunning. Ze beraden zich nu.

Wordt dus vervolgd … VopakWP08

Vopak

Milieuorganisaties willen onderzoek tankopslag

Op 5 augustus 2014 maakte het tankopslag bedrijf VOPAK in de Botlek melding van een ongewoon voorval. Bij de milieudienst DCMR komt ’s nachts de melding binnen dat uit opslagtank 201 aan de Moezelweg nafta-damp is vrijgekomen. De lekdetectie slaat al op 4 augustus rond 14.00 uur alarm. Pas 5 augustus 1 uur ’s nachts  (10 uur later) komt de eerste melding binnen bij de meldkamer van de DCMR milieudienst. 7 augustus, drie dagen na het incident, is er een gesprek tussen de VOPAK en de milieudienst. Dan pas wordt de volle omvang van het incident duidelijk. Er is 100 tot 150 ton nafta in de atmosfeer gekomen.

Klasse 0
Nafta is een zeer licht ontvlambare aardoliedestillaat. VOPAK heeft alleen vergunning voor de opslag van “Klasse 1 en 2” stoffen. Dus niet voor zeer vluchtige, brandgevaarlijke en giftige klasse 0 stoffen zoals sommige nafta’s. “De opslag zoals hierboven omschreven is in strijd met hetgeen is aangevraagd en vergund“, stelt het provinciebestuur in een brief aan het bedrijf – en – “U heeft daarmee voorschrift 1.1 van de revisievergunning van 15 juni 2007 overtreden“.  Duidelijke taal van de Provincie.

dcmr

Management
De milieu-inspecteurs van de DCMR constateren ook dat VOPAK onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de veiligheid en het management laat te wensen over. De milieudienst: “Als gevolg hiervan is ook de beheersing van de uitvoering onvoldoende geweest, hetgeen heeft geleid tot bovengenoemd incident.” (het weglekken van 150 ton nafta, red.). Ook meldde VOPAK het incident te laat, vindt de DCMR:  “Met een tijdsverloop van meer dan 10 uur tussen de eerste constatering en de melding heeft u niet voldaan aan uw plicht om ongewone voorvallen zo spoedig mogelijk te melden.”  (deze verplichting is vastgelegd in de wet milieubeheer en in de vergunning die werd verleend door de Provincie, red.). Incidenten (zogenaamde CIN-meldingen) dienen uiterlijk binnen 15 minuten worden gemeld en dus niet 10 uur later.

16 incidenten
Het provinciebestuur schrijft in een brief dat het personeel van VOPAK onvoldoende geïnstrueerd en voorbereid is. Er blijken in totaal 16 ongewone voorvallen te zijn geweest waarbij een te vluchtige stof uit de naastgelegen raffinaderij in een van de VOPAK tanks is afgelopen. ‘Eens te meer maakt dit duidelijk dat bij u (uw medewerkers) onvoldoende inzicht in en kennis van het productieproces bestaat” schrijft de provincie. Het bedrijf krijgt in februari 2015 een dwangsom opgelegd door de Provincie Zuid Holland met de opdracht orde op zaken te stellen (op straffe van € 20.000 per ‘overtreding’). De officier van justitie legt later in het jaar zelfs het werk stil met een voorlopige maatregel. Zowel de dwangmaatregel van de provincie als die van de officier van justitie worden teruggedraaid door de ‘kort geding’ rechter.  Justitie is direct in hoger beroep gegaan. Het grote probleem is dat het ook zeer ingewikkelde materie gaat, ook voor rechters. De zaak dient nu nog.

Vergunning
Intussen vraagt VOPAK in december vorig jaar een WABO-vergunning aan voor het mogen opslaan van klasse 0 stoffen. VOPAK vraagt, in de ogen van de milieuorganisaties, vergunning aan voor iets waar men al jaren ongeoorloofd mee bezig is. Namelijk het opslaan van stoffen waar nu geen vergunning voor is. Drie milieuorganisaties klimmen in de pen en verzoeken de Provincie om een Milieu Effect Rapportage en een zorgvuldige en degelijke afweging te maken voordat er een vergunning wordt afgegeven voor de opslag van dit soort stoffen. Men wijst hierbij ook op de diverse incidenten zoals de 150 ton nafta die op 4 augustus 2014 de atmosfeer in kwam. Het bestuur van de provincie Zuid Holland is nu aan zet. – wordt vervolgd -.

De zienswijze n.a.v. de vergunning aanvraag van VOPAK van Milieudefensie, de Milieufederatie en het Rotterdams Milieucentrum:
vopak.wabo.zw.def.3.rmc

 

Luchtkwaliteit blijft belangrijk onderwerp!

Voor het Rotterdams Milieucentrum blijft de luchtkwaliteit een van de belangrijkste onderwerpen. Hoewel de afgelopen decennia de luchtkwaliteit sterk is verbeterd door verbeterde controles en regelgeving waardoor de industrie steeds betere methodes is gaan gebruiken om luchtvervuiling te voorkomen zijn de boosdoeners nu met name het auto – en vrachtverkeer. Ook de scheepvaart draagt bij aan een ongezond leefklimaat in onze stad. In de stad kennen we nog een aantal vuile knelpunten zoals de ’s Gravendijkwal, de Bentincklaan, de Pleinweg en het Weena. Hier worden de luchtkwaliteitsnormen vaak nog overschreden. Maatregelen blijven daarom nodig op het gebied van verkeer en de scheepvaart.

Luchtmeetnet

Via de website luchtmeetnet van de DCMR Milieudienst Rijnmond is de kwaliteit van de luchtkwaliteit goed te volgen: www.luchtmeetnet.nl.

Conferentie, aktie en advies

In een van de eerste conferenties over luchtkwaliteit in Rotterdam in 2003 zette het milieucentrum, mede dankzij de aanwezigheid en inbreng van het toenmalig Europees Parlementslid Alexander de Roo, de nieuwe Europese normen voor luchtkwaliteit flink op de politieke-kaart. Fijn stof (PM 10, PM 2.5 etc.) werd langzamerhand een begrip. Vele debatten en discussiebijeenkomsten over dit onderwerp volgden in de loop der jaren. Nog tijdens de Groene conferentie in december 2013 was luchtkwaliteit een hot item in het debat tussen de aanwezige politieke partijen die (op een enkele uitzondering na) soms verrassend eensgezind waren in hun aanpak. In de opmaat naar de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2014 was de ‘Rotterdamse lucht’ regelmatig onderwerp van debat. In de door Milieudefensie en de Fietsersbond georganiseerde debatten in februari en maart werden er vele verkiezingsbeloftes gedaan over het verbeteren van de luchtkwaliteit in onze stad.

10 puntenplan

In 2004 bood het milieucentrum de gemeenteraad samen met stichting de Noordzee een 10 puntenplan aan over de luchtkwaliteit met de titel ‘Ieders Lucht’.  Ook voerde het milieucentrum publieksacties uit tijdens de Wereldhavendagen. In 2005 organiseerden het Milieucentrum in samenwerking met de stichting de Noordzee de internationale ‘Greenport conference’ over de luchtkwaliteit en scheepvaart. Een groot aantal mensen uit de scheepvaart – en havenwereld was hier te gast en wisselden kennis en informatie uit. De conferentie werd geopend door toenmalig havenwethouder Wim van Sluis (Leefbaar Rotterdam).

Clean Shipping

In 2007 stelde het Milieucentrum samen met 14 nationale – en internationale milieu – en natuurorganisaties het ‘Manifesto Clean Shipping’ samen. Deze korte maar krachtige oproep tot het creëren van duurzame havens en scheepvaart werd tijdens de Internationale Havenconferentie in de Doelen overhandigd aan toenmalig havenwethouder Mark Harbers (VVD) – zie foto -.

Ieders Lucht

Sinds de conferentie in 2003 werd luchtkwaliteit eigenlijk een permanent aandachtspunt voor het Milieucentrum. Hierbij probeert het Milieucentrum ook de Rotterdamse burgers meer bewust te maken. ‘Wat kun je zelf doen om de luchtkwaliteit in de stad te verbeteren?’. Maar er kwam ook een focus op de gezondheid en de schadelijke effecten van een slechte luchtkwaliteit. Samen met de gemeente organiseerde het Milieucentrum in 2007 en 2008 een (symbolische) Autovrije zondag dat door het (overgrote deel van het) publiek goed werd onthaald.

FLEX M

In het educatieve TV programma FLEX M van het Milieucentrum voor jongeren werd veel aandacht besteed aan luchtkwaliteit. Met het educatieve pakket ‘Ieders Lucht’ was het Milieucentrum de eerste organisatie in Nederland die een echt lespakket kon aanbieden aan het voortgezet onderwijs over dit onderwerp. Zie ook de website www.iederslucht.nl. Ook bij campagne’s als ‘opZuinig!’ koppelt het Milieucentrum energiebesparing juist aan luchtkwaliteit.

Videoclip

Het Milieucentrum produceerde i.s.m. Rotterdamse rapper ‘C1000’ ook de rap (en videoclip) ‘Rotterdam heeft schone lucht nodig …’. De rap en videoclip is onderdeel van het educatieve aanbod over luchtkwaliteit voor het voorgezet onderwijs en werd vele malen uitgezonden op o.a. Dnamc TV en diverse lokale TV-kanalen.

 

iSPEX-teamfoto1

In mei/juni nationale iSPEX meetdag

Er komt aardig wat bij kijken om fijnstof met uw smartphone te kunnen meten. Het iSPEX-ontwerp dat hieronder is geschetst in het filmpje combineert spectroscopie en polarimetrie om een normaal spectrum (ook wel intensiteit spectrum) en een polarisatie spectrum te krijgen van de blauwe lucht. Binnen het iSPEX-team is een hele speciale manier ontwikkeld om deze twee spectra met een foto te kunnen meten. Dit noemt men het iSPEX-principe, bekijk het filmpje:>>>

Steeds meer mensen dragen een hightech mobiele telefoon met camera, internetverbinding, GPS en veel rekenkracht bij zich. Met een ‘iSPEX-opzetstukje’ met bijbehorende ‘iSPEX’ app verandert zo’n telefoontje in een handomdraai in een wetenschappelijk instrument om stof in onze atmosfeer te meten. In mei/juni nemen 10.000 Nederlanders met hun smartphone op het zelfde moment een foto. De datum is nog niet bekend. De reden dat hiervoor nog geen exacte datum is geprikt is omdat een iSPEX meting afhankelijk is van het weer: er is een blauwe lucht nodig! >>>

10.000 metingen
Op een heldere dag in juni richten 10.000 Nederlanders op het zelfde moment hun iPhone met iSPEX erop naar een helder stuk hemel en maken een foto. Zo meten ze samen de eigenschappen van kleine deeltjes in de lucht: fijn stof. Het principe is gebasseerd op dat van de Spectropolarimeter for Planetary Exploration (SPEX), maar is aangepast om door zoveel mogelijk mensen te kunnen worden gebruikt. Het betrekken van het publiek bij fijnstof onderzoek doen is niet alleen omdat het belangrijk is dat mensen meer leren over fijnstof in onze atmosfeer; maar vooral ook omdat we deze methode ook echt meer informatie kan opleveren over fijnstof dan nu beschikbaar is. Oftewel, de initiatiefnemers van deze masale meting willen de deelnemers ook echt wetenschap laten bedrijven!

 

Meedoen?
Ook u kunt meedoen aan deze massa-meting (maar alleen met een iPhone/SmartPhone!)? Meld u aan direct via www.ispex.nl of mail het Rotterdams Milieucentrum: info@nullrotterdamsmilieucentrum.nl! Het Milieucentrum koopt centraal een aantal iSPEX-opzetstukjes in. Vermeldt uw postadres t.b.v. de verzending van de opzetstukjes (dus nog alleen voor iPhone).
Deelname is aan enige selectie onderhevig!

Fijn stof
Het doel van het iSPEX project is om meer te weten te komen over fijn stof dat boven onze hoofden zweeft. Het is de laatste jaren al zo vaak in het nieuws geweest dat het een begrip is geworden en vaak als één woord wordt geschreven. Ook in dit artikel gebruiken wij daarom de de aanduiding fijnstof. Met iSPEX kun fijnstof worden gemeten. Maar wat is fijnstof? Waarom is het belangrijk om hier goede metingen naar te kunnen doen? Hoe kunnen metingen naar fijnstof worden gedaan?

Consortium
In het iSPEX-consortium werken de volgende organisaties samen:

NOVA: Sterrewacht Leiden,
Universiteite van Leiden
SRON: Netherlands Institute for Space Research
RIVM: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
KNMI: Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
samen het iSPEX-consortium.

Aanmelden voor deelname aan de metingen in juni (alleen met ‘smartphones’)
Aanmelden voor een meetpunt kan via info@nullrotterdamsmilieucentrum.nl, of direct via www.ispex.nl. De opzetstukjes zijn alleen geschikt voor een smartphone / iPhone (iPhone 4 en 4s en waarschijnlijk ook 5).

Metingen
Uw metingen, en die van 9.999 andere Nederlanders worden dan centraal verwerkt tot een fijnstof-kaart van Nederland, waarmee u daadwerkelijk een steentje bijdraagt aan atmosferisch onderzoek. Uw meetgegevens zullen namelijk ingezet worden om de gezondheidsrisico’s van fijnstof beter in kaart te brengen, om vulkaanaswolken die het vliegverkeer verstoren te helpen identificeren, en om de onduidelijkheid over de invloed van fijnstof in het klimaatdebat te verkleinen.

Weblinks
www.ispex.nl
iSPEX-blog in astronomie.nl
www.sron.nl
Rotterdams Milieucentrum